Astronomische zienswijzen
Swedenborg beschrijft ergens dat het zelfs
goed is om bepaalde dingen in een wetenschappelijke context te brengen. Dit
moet dan wel altijd in verband gebracht worden met de oerbron. Zo mag en kan
ieder mens zich in bepaalde zaken verheugen die in het licht staan van het
ware, eigen zelf. Zo mag en kan ieder mens dus in het klein ´scheppen´ en
daarop verder ´bouwen´. Elk idee wordt de mens als het ware ingefluisterd
zonder dat hij dit zelf weet.
De dagen van de week
Het jaar heeft 365 dagen en dit is ongeveer vergelijkbaar
met een cirkel van 360 graden. Het kan de vraag oproepen waarom de Aarde niet
helemaal rond is, maar eerder op een peer of elipsachtige
vorm lijkt. Het kan interessant zijn om de Aarde van een bepaalde afstand te
meten en te bekijken in verhouding tot de Zon en andere planeten. De Maan
blijkt het verst van de Zon verwijderd te zijn, daarna volgen Mercurius, Venus, Aarde, Mars, Jupiter, Saturnus en Uranus en vanuit astronomisch oogpunt bekeken (let wel:
geen astrologie!).
De dagen die naar de
planeten zijn vernoemd:
Dag 1: zondag (Zon) –
de 7e planeet (feitelijk
een ster!)
Dag 2: maandag (Maan) – de 10e
planeet
Dag 3: dinsdag (Mars) – de 6e
planeet
Dag 4: woensdag (Mercurius)
– de 9e planeet
Dag 5: donderdag (Jupiter) –
de 5e planeet
Dag 6: vrijdag (Venus) –
de 8e planeet
Dag 7: zaterdag (Saturnus) – de 4e
planeet
28 49 als 7 x 7 = 7 tot de macht 7
De numerieke waarde van de 7 dagen opgeteld is 28.
(28+49=77). De zaterdag (4e planeet en 7e dag)
en zondag (7e planeet en 1e
dag) grenzen aan de 1-7 en geldt getalsmatig als scheppingsgetallen (1, 4
en 7) De zondag en zaterdag
grenzen aan de sabbatdagen. In de Joodse taal betekent het woord ´oog´ [het grote schouwen], dat met de eenheid nog verbonden is. Het
Hebreeuwse woord voor oog is AjiN met
de waarde 71, zoals de Romeinen voor elke letter een getal
toeschrijven, zelfs op munten. Daar is niets vreemds mee, alleen kennen wij in
onze westerse wereld dit niet.
De Indische
literatuur beschrijft de afloop van de mensheid, die uit 49 wereldrassen is gevormd. Deze volkomenheid zal zich verder nog
moeten ontwikkelen en wel over een zeer lange tijdsperiode. Volgens de
hedendaagse opvatting en de empirische leer leeft de mensheid op dit moment in
de 33e ontwikkelingsfase van de 49e
mensenvorm. Een eenvoudige rekensom laat over deze mensenontwikkeling wat
feiten zien. Omdat de mensheid nu in het 4e hoofdras leeft en in het
5e onderras (elk hoofdras kent zeven onderrassen!), ontstaat zo de
berekening: 4x7+5=33. Dan zou het nog heel lang kunnen duren voordat de mensheid
haar volkomenheid en volledige rijpheid kan bereiken. Niemand kent of weet deze
voleinding dan alleen de Schepper Zelf.
© www.natuurarts.info